woensdag 23 september 2020

Genieten op Madeira

Tijdens deze Coronagekte is het een kluwen van regels, kleurcodes en tests. Een land uitkiezen om op vakantie te gaan, is dus niet evident en als je de media mag geloven is het zelfs een misdaad om op vakantie te gaan. De spreekwoordelijke uitzondering hierop is het Portugese Madeira dat zijn zaakjes wonderwel op orde heeft. De pandemie heeft dit eiland in de Atlantische Oceaan gespaard, niet in het minst omdat het zo geïsoleerd ligt. Binnenlandse besmettingen worden nauwelijks doorgegeven (op moment van schrijven zijn het er vijf voor het hele eiland) en buitenlandse toeristen moeten een certificaat van een negatieve test kunnen voorleggen (maximaal 72 uur voor aankomst afgelegd) ofwel een verplichte test ondergaan in de luchthaven. Er bestaat misschien geen Coronavrij paradijs op deze wereld, maar Madeira komt wel akelig dicht in de buurt. 

Even voorstellen
Madeira is een vulkanische archipel die zich bevindt voor de Afrikaanse kust in de Atlantische Oceaan en kent een gematigd subtropisch klimaat. De zomers zijn niet te warm, terwijl de winters vrij mild zijn. Daarom ontvangt dit eilandje het gehele jaar door toeristen. Het eiland is vrij klein en heeft de grootte van slechts éénderde van de provincie Limburg, Belgiës kleinste provincie. Desondanks herbergt dit eiland veel natuurschoon zoals één van 's werelds grootste kapen, 's werelds grootste laurierbos en de hoogste toppen van Portugal. Kenmerkend zijn de levada's, kleine irrigatiekanalen die in de bergen starten en uitmonden in de dorpjes aan de kust om de plaatselijke bevolking van water te voorzien. Deze levada's bieden erg mooie wandelingen aan. Bovendien wordt Madeira ook het bloemeneiland genoemd omdat er een heleboel prachtige tuinen zijn die je kan bezoeken.


Ook op het vlak van cultuur en geschiedenis heeft Madeira heel wat te bieden. Het eiland werd per toeval in de vijftiende eeuw ontdekt door de Portugezen en sindsdien is het eiland altijd bewoond. De grootste stad is Funchal dat ruim honderd duizend inwoners telt en het kloppend hart is van het eiland. Hier vind je tal van bezienswaardigheden terug zoals een oud fort, het oude stadsgedeelte, typische marktpleintjes, maar ook een bruisend nachtleven. Madeira houdt ieder jaar ook een bekend wijn- en bloemenfestival, maar de editie van dit jaar was begrijpelijkerwijze erg ingetogen. Op nieuwjaar organiseert Funchal ook één van de meest bijzondere nieuwjaarsvieringen ter wereld met een indrukwekkend vuurwerkspektakel. Madeira biedt dus met andere woorden een mooie combinatie van natuur en cultuur en dat op een plek die amper een zakdoek groot is. 

Maandag 7 september
Op deze dag vertrekt mijn vlucht rechtstreeks naar de luchthaven van Madeira dat tegenwoordig Cristiano Ronaldo Madeira International Airport heet, zo genoemd naar de beroemdste persoon afkomstig van Madeira. Pas achteraf leer ik dat deze luchthaven één van de gevaarlijkste luchthavens van Europa is. Niet omdat de landingsbaan zo kort is - die is nog niet zo lang geleden verlengd - maar wel door de verraderlijke oostenwinden die een landing significant kunnen compliceren. Ik had geen rekening gehouden met het feit dat Portugal in een andere tijdzone zit (één uur vroeger dan België) en een taxi geregeld om vijf uur. Daar moest ik dus een uurtje extra op wachten, maar daarna kon de vakantiepret beginnen. 

Ik verbleef in Museum House wat eigenlijk een guesthouse is in plaats van een echt hotel. De eigenaar beschikt over een klein museum in de kelder, het Optics Museum, en baat daarnaast ook dit guesthouse uit. Het grote voordeel van dit hotel is de ligging want het is een steenworp verwijderd van de marina (de jachthaven) van Funchal en dit is toch wel de place to be. Alle bezienswaardigheden bevinden zich hier vlak bij elkaar en ook het oude stadsgedeelte is tien minuten stappen van mijn hoteldeur. 


's Avonds stapte ik op de wilde boef de kustlijn van Funchal af en op deze geïmproviseerde stadswandeling kwam ik al een heleboel trekpleisters van Funchal tegen. De marina is als uitgaansbuurt net een tikkeltje minder bruisend dan anders, maar blijft gezellig druk. Het oude fort Sao Tiago ligt er verlaten bij die avond, terwijl de nauwe steegjes van de oude binnenstad een mooie combinatie bieden van gezellige eetplekjes en onverwachte street art. Het toont aan dat Madeira zijn verleden waardeert, maar ook modernisme omarmt. 

Dinsdag 8 september
Oorspronkelijk was het de bedoeling om een auto te huren en vooral sightseeing te doen, maar de taxirit van de luchthaven naar het hotel in Funchal heeft me op andere ideeën gebracht. Soms gaat het hier wel heel erg steil naar omhoog en naar beneden en ik vertrouw mijn stuurmanskunsten toch niet helemaal op onbekend terrein. Daarom boek ik vandaag een aantal excursies voor de Levadawandelingen en ga ik eveneens naar Monte. Monte is een voorstadje van Funchal dat in de heuvels is gelegen. Er is een kabelbaan die je hogerop brengt, maar dat kost helaas wel een erg stevige elf euro. Ik kies gemak over inspanning en leg de elf euro op tafel om naar Monte te komen. Voor die elf euro krijg ik wel een mooi overzicht van de stad Funchal. 


Bij de ingang van het domein prijkt trots een plakkaat dat zegt dat de botanische tuin tot de dertien mooiste botanische tuinen ter wereld behoort. Ik breng ruim 2,5 uur in dit bloemenparadijs voor en ik moet zeggen dat het domein er inderdaad erg mooi bijligt. Het is prachtig vormgegeven, maar is helaas niet de superervaring die ik ervan had verwacht. Dergelijke tuinen die ik ruim drie jaar geleden in Andalusië heb bezocht, vond ik indrukwekkender, maar dat komt wellicht door de periode. De Andalusische tuinen heb ik in de bloeimaand van mei bezocht, terwijl de bloemenpracht in september zijn piek allang heeft gekend. Niettemin een bezoekje waard, mede door de soms prachtige architectuur van het domein. 

In plaats van de kabelbaan terug kies ik voor de sportieve toets en wandel ik terug naar Funchal. Dat gebeurt door de vallei van Ribeiro de João Gomes. Deze vallei heeft enkele jaren geleden helaas een verwoestende bosbrand gekend en ziet er daarom erg dor uit. Bovendien wordt dit pad niet meer onderhouden waardoor het de allures krijgt van een beginnende jungle. Tijdens deze wandeling kom ik mijn eerste levada tegen, maar die wordt al lang niet meer gebruikt en is dus bijgevolg leeg. Bovendien is deze route niet geschikt voor mensen met hoogtevrees want de gapende afgrond komt soms wel heel erg dichtbij en hekken zijn slechts sporadisch aanwezig. Niet de mooiste wandeling van mijn vakantie op Madeira, maar verreweg wel de meest avontuurlijke.   

Woensdag 9 september
Op deze dag is het tijd voor mijn eerste excursie en die brengt me naar 's werelds grootste laurierbos. Beroemd in Madeira zijn de verschillende PR-wandelingen. Deze wandelingen zijn meestal wandelingen die lopen naast de beroemde levada's en loodsen de wandelaar naar de mooiste plekjes van het eiland. Misschien wel de beroemdste hiervan is de PR6 die ook wel gekend is als de wandeling van de 25 fonteinen. In het midden van het laurierbos is er namelijk een idyllisch plekje waar vijfentwintig kleine(re) watervalletjes samenkomen in een sprookjesachtige poel. 

Het voordeel van een excursie ten opzichte van er zelf op uit te trekken is dat je heel wat informatie krijgt over het gebied. Bij de startplek van de wandeling vertelt de gids me dat het laurierbos inderdaad 's werelds grootste is, maar wel helaas langzaam dreigt te verdwijnen omdat de eucalyptus - een invasieve boomsoort - laurieren langzaam maar zeker verdringen tot op ongeveer duizend meter hoogte. Desondanks is het al groen wat de klok slaat bij deze wandeling door de aanwezige laurierbomen. Mijn eerste ontmoeting moet een werkende levada is een mooi moment en er zijn eveneens enkele kleine watervalletjes te zien. Er wordt eveneens een kleine pauze gehouden bij de Risco-waterval. Deze waterval is vrij hoog, maar kent een eerder bescheiden debiet omdat (regen)water nu eenmaal minder aanwezig is in de zomerperiode. 



Even later arriveer ik bij de vijfentwintig fonteintjes en dit is inderdaad een fantastisch mooie plek. Ik heb geluk gehad om al diverse prachtige plekjes te mogen bezoeken, maar dit is misschien wel de mooiste totnogtoe. Het lijkt zo weggelopen te zijn uit een tekenfilm van Disney. Normaal gezien worden dergelijke plekken overspoeld door hordes toeristen, maar in deze tijden valt dit (helaas?) erg goed mee. De terugweg van de wandeling loopt nog door een tunnel, maar weet daarna niet echt meer te imponeren. Qua wandeling is dit geen absolute topper, maar de plek van de vijfentwintig fonteintjes (eigenlijk watervallen) is dit wel en daarom alleen al een bezoek waard als je op Madeira bent.

Donderdag 10 september
Deze excursieloze dag staat in het teken van de toeristenbus die rond Funchal rijdt. Zoals bij zoveel andere (toeristische) steden rijdt er in Funchal een rode hop on, hop off bus rond die de belangrijkste plekjes van de stad aandoet. De prijs van bijna twintig euro is alles behalve goedkoop, maar je krijgt per stopplaats wel een uitgebreide beschrijving via een audiogids. De meeste van deze plekken had ik bij mijn aankomst al bezocht, dus dit was helaas geen grote meerwaarde voor mij. De bus rijdt echter verder naar Camara de Lobos en houdt even halte voor een mooi uitzichtpunt over de stad. Dat was dan weer wel een leuke meevaller. Bij Camara de Lobos stap ik over op een andere bus om te pendelen naar mijn hoofddoel: Cabo Girão. 


Cabo Girão is de hoogste klif van Europa en op één na hoogste ter wereld. De klif meet 580 meter boven de zeespiegel en beschikt over een glazen skywalk. De glazen skywalk is niet echt groot, maar wel indrukwekkend om te zien. Het platform biedt namelijk de mogelijkheid om naar beneden te kijken en het is bijna absurd wat voor een vertekend beeld dit geeft. Wanneer ik naar beneden kijk, heb ik nooit de indruk dat het ruim een halve kilometer naar beneden is, maar eerder een bescheiden honderd meter. Het uitkijkplatform biedt eveneens een mooi overzicht over de omgeving, maar de kaap weet niet meer dan tien minuten te boeien. Je kan namelijk maar zoveel naar beneden kijken totdat je het grondig beu bent. Bij de kaap is er nog een een klein restaurantje waar ik even eet voordat ik de bus terugneem. 

In Camara de Lobos moet ik nog een uurtje wachten op de aansluiting met de rode hop on, hop off bus en dat geeft me de gelegenheid om dit gemoedelijke dorp te verkennen. Toerisme heeft dit dorp ook al ontdekt, want er is een winkelstraat met veel souvenirshops, cafés en restaurantjes. In één van de rustige, aansluitende straten is er zelfs een project van street art waar superhelden en andere figuren knap zijn afgebeeld op de gevels van huizen. Street art is dus zeker niet het exclusieve domein van grootsteden, maar vind je ook in vissersdorpen op afgelegen eilanden. 

Vrijdag 11 september
Deze roemruchte dag is de mooiste dag van mijn vakantie op Madeira geworden, want de PR1-wandeling van Pico do Areiero naar Pico  Ruivo is mijn beste hike van het jaar. De Pico do Areiero is de derde hoogste berg van Portugal met zijn 1818 meter en zelfs de verplaatsing er naartoe met het minibusje is al een schot in de roos. Samen met andere leden van de excursie zie ik hoe een dik wolkendek zich rond de top van de Pico Areiero ontvouwt en het is een feest voor het oog om dan boven dit wolkendek uit te stijgen. Het geklik van fotocamera's en GSM's volgt amper luttele seconden later. Even rond deze berg wandelen en de weidse omgeving bewonderen zou al een hoogtepunt zijn, maar dan begint pas het echte werk: de wandeling naar de Pico Ruivo. 

De Pico Ruivo is de hoogste berg van Madeira (en Portugal) en dat betekent uiteraard dat er geklommen wordt. De eerste helft van de wandeling gaat eerder naar beneden, maar in de tweede helft richting Pico Ruivo moeten er een respectabel aantal trappen worden overwonnen. Het wandelpad ligt er super bij en elke nieuwe bocht levert een nieuw wauw-moment op en vraagt om een fotostop. Nu al was het duidelijk dat dit mijn mooiste hike van het jaar is. Dat gevoel wordt alleen maar versterkt wanneer ik bij de Pico Ruivo kom die andermaal weet te imponeren. 


Pico Ruivo betekent in het Portugese rode top en dat heeft het te danken aan de rode ondergrond van de berg die nog het meest gelijkt op gravel. De vulkanische oorsprong van het eiland verloochent zich hier niet. Ik krijg ook hier opnieuw enkele mooie vergezichten voorgeschoteld, maar het is nu inmiddels wat later op de namiddag en wolken maken zich meester van deze top. Er is dus geen heldere blik over de horizon die kilometers ver reikt, maar de bewolkte omgeving zorgt ook voor schilderachtige taferelen. Gelukkig is het een dun wolkenpak en kan ik nog wat van de omgeving meepikken. Een uurtje later is nog enkel het grijs van de wolken zichtbaar. Het laatste stuk naar het eindpunt is wat mij betreft ook een hoogtepunt aangezien ik nu wat meer de vegetatie te zien krijg die er rond deze bergtoppen groeit. Op dit vulkanisch gedeelte van Madeira is het somg nog verrassend groen. En met die les sluit ik dit hoogtepunt van de reis - zowel letterlijk als figuurlijk - af. 

Zaterdag 12 september
Het koste me bloed, zweet en tranen (een kleine overdrijving misschien), maar het is me uiteindelijk gelukt om toch een duiksessie te boeken. In de marina van Funchal staan er verscheidene kiosken waar ik mijn excursies geboekt heb, maar het ontbreken van toerisme zorgt ervoor dat niet alle activiteiten doorgaan. Scuba diving lijkt er daar één van te zijn, want in eerste instantie kon ik geen duikclub vinden die dit aanbood. Mijn zoektocht werpt uiteindelijk toch eindelijk vruchten af en in de hotelbuurt van Funchal is er een maritiem centrum waar ik een duiksessie kon volgen. 

Met duiksessie bedoel ik een introductie tot scuba diving. Het gaat dan om een initiatie waar je een kleine sessie theorie krijgt zodat je weet hoe je moet handelen in het water en uiteraard het duiken zelf. Dat was voor mij de moeilijkste stap, want dit kostte me wel héél, héél, héél erg veel moeite. Het voordeel bij dit gebrek aan toerisme is dat ik een duikinstructeur krijg die me privéles geeft, het nadeel is dan weer dat diezelfde duikinstructeur net iets te ambitieus was. Hij sprong meteen in het diepe van de zee en dat zag ik toch even niet zitten. Dan maar naar het aanpalende zwembad waar het iets gemakkelijker is om de kneepjes van het vak te leren, en waar je het eigenlijk ook moet leren...  

Ik had bijzonder veel moeilijkheden om onder water te blijven met mijn beademing, want ik had steeds de neiging om na een paar seconden terug naar boven te komen om naar adem te happen al was dat helemaal niet nodig. Na 45 minuten psychosomatische strijd met mijn hersenen, moest ik nu voortbewegen onder water en dat leverde weer een heleboel claustrofobie op. Ondertussen stond ik dertien keer op opgeven (niet overdreven!), maar het gebrekkige Engels van de Portugese duikinstructeur zorgde ervoor dat hij dit niet begreep en na anderhalf uur lukte het wonderlijk wel! De daaropvolgende duik voor de kust van Funchal kan ik maar beschrijven met één woord: subliem! 


Het kriebelt nu om dit vaker te doen en ook deze dag is uitgegroeid tot een erg leuke dag. Het was helaas wel veel te snel over en ik had nog een namiddag om op te vullen. Dit heb ik op het gemak gedaan door rustig rond te wandelen in het gemeentelijk park (tuin) van Funchal. Dit kan je gratis bezoeken en is uiteraard niet zo indrukwekkend als de botanische tuin van Monte, maar is wel een toffe plek om te genieten van een zonnige dag. De centrale vijver biedt een thuis voor verscheidene watervogels en hier heb ik rustig de tijd genomen om de vogels op gevoelige plaat vast te leggen. 

Zondag 13 september
In dit sportieve weekend wordt na een duiksessie vervolledigd met een canyoning-tochtje in één van de talrijke kloven in Madeira. Er zijn drie niveaus van canyoning mogelijk, maar aangezien ik dit nog nooit eerder heb gedaan, kies ik voor het behouden eerste niveau. Samen met een tiental andere deelnemers betekent dit een aantal uurtjes klauteren over rotsen, abseilen, dalen en in het water duiken. De eerste grote hindernis die ik moet nemen, is me aankleden met de wetsuit want dat kost aardig wat moeite. Verrassend genoeg ben ik als eerste klaar van de hele groep, terwijl ik normaal de eer heb om de laatste plaats te vertegenwoordigen bij dit soort dingen. 

Als deze formaliteiten zijn afgehandeld, stappen we terug allemaal het minibusje in en worden we afgezet in de buurt van Pico do Areiero waar we een algemene uitleg krijgen tussen de dichte begroeiing van de Madeirese wildernis. Na deze korte uitleg begint het canyoning zelf en dat is simpelweg erg tof om te doen. Kort uitgelegd: bij canyoning daal je af in een kloof en volg je een kleine waterloop inclusief watervallen. Een goede uitrusting is dus erg belangrijk, daarom de wetsuit, maar ook gespecialiseerde schoenen met een anti-sliplaag. Maar zelfs dan kan het behoorlijk glad zijn op de rotsen waarover we lopen. 


De spectaculairste stukken van deze tocht is een afdaling van ruim zes meter helemaal bij het begin en ik had bovendien de eer om als eerste naar beneden te mogen. Het kostte me de eerste seconden een beetje moeite, maar ging daarna vrij vlot naar beneden. Op het laatste mocht ik twaalf meter naar beneden absailen en was ook wel best gaaf om te doen, helemaal omdat ik dit niet verwachtte. Ik dacht loodrecht naar beneden te dalen, maar in plaats daarvan werd dit een soort zipline waar ik naar beneden gleed. Erg leuk om te doen, maar mooie liedjes duren niet lang en na ongeveer 2,5 uren was het helaas weer gedaan. 

Opvallend was wel dat we op ruim twee uur wel een ruime afstand hebben afgelegd. Toen we vertrokken arriveerde we na vijf minuten al in Monte, een voorstad van Funchal, terwijl we bij vertrek toch een stuk hoger waren gelegen. In de namiddag vulde ik mijn dag op door nog eens rond te struinen in Funchal. Het staat vast dat ik canyoning zeker eens opnieuw ga doen en liefst zo snel mogelijk!

Maandag 14 september
De derde wandeling van mijn vakantie (PR8) staat op deze dag geprogrammeerd, maar is deze keer geen wandeling naast een levada. Het brengt me daarentegen wel naar São Lourenço, een schiereiland dat op het uiterste oostelijke punt van Madeira is gelegen. Vlak daarbij bevinden zich ook de Ilhas Desertas, twee verlaten eilandjes die zich op een boogscheut van São Lourenço bevinden. Deze keer is er geen excursie beschikbaar en rest er me niks anders dan zelf een auto te huren. Ik kies voor de gemakkelijkheidsoplossing en wordt het dus een automaat. De auto in kwestie is een Smart met slechts twee zitplaatsen, maar meer heb ik ook niet nodig. De route er naartoe verloopt via de enige snelweg van het eiland - de VR1 - en verloopt verbazingwekkend vlot. 

São Lourenço is één van de populairdere wandelbestemmingen op Madeira en daar is een goede reden voor. Het uitzicht rond het schiereiland is namelijk adembenemend. De panorama's op de kliffen is ronduit spectaculair en het vulkanische karakter van het schiereiland geeft de omgeving verschillende kleurschakeringen mee die variëren van beige tot donkerrood. Op de wandeling zelf is geen scheutje schaduw te bespeuren en laat net nu deze maandag de zonnigste dag zijn van mijn hele vakantie. Zweetparels maken zich van mij meester wanneer ik toch een aantal keren naar boven moet stappen. Dat doe ik echter met veel plezier want de omgeving ziet er telkens net dat beetje anders uit. 


Deze wandeling is slechts ruim drie kilometer lang aangezien het terug naar het startpunt gaat. Vooraleer het zover is, beklim ik de plaatselijke top die zo'n 160 meter hoog is. Na deze wandeling neem ik de huurauto om een paar kilometer verderop bij een plaatselijk uitkijkpunt (miradouro) de kliffen opnieuw te bewonderen, maar deze keer met een iets ander perspectief. Ondertussen is het me ook duidelijk geworden hoe populair deze wandeling daadwerkelijk is, want de parkeerplaats was  helemaal vol en dat had ik op deze vakantie nog niet meegemaakt. Ik heb deze wandeling in het begin van de ochtend gestart en dat kan ik dus enkel aanbevelen. Niet alleen om de drukte te vermijden, maar ook om jezelf van de zon te besparen die na het middaguur erg gretig mensen komt begroeten.

Dinsdag 15 september
Een laatste excursie is gepland voor mijn laatste (volledige) dag op Madeira. Madeira is een compact eiland en dan wil ik uiteraard zoveel mogelijk van zien. De voorbije dagen was ik min of meer al in de meeste buurten van Madeira geweest, maar nog niet in het noord-westen in de omgeving van Porto Moniz. Dat werd op deze dag goed gemaakt met een jeepsafari van de Green Devils die Enchanted Terraces werd gedoopt. Met zeven personen in een aftandse, maar nog steeds goed functionerende Nissan Petrol werd het een goed gevulde dag met soms behoorlijk ruige ritjes.

In het begin kregen we het hardst te verduren wanneer we via zandweggetjes amper die naam waardig klommen naar het plateau van Paul da Serra. Een wat ouder Brits koppel zat op geïmproviseerde zitjes in de koffer en vroeg vriendelijk om op de achterbank te zitten. Zodoende werd hun rug toch iets of wat gespaard, maar toch niet helemaal. Het ritje was behoorlijk wild, maar als beloning werd er een korte pauze ingelast van twintig minuten om een korte wandeling naast een levada te doen. Even later kregen we ook een blik op de weidse omgeving van dit plateau gepresenteerd. Paul da Serra is het enige plateau van Madeira en is ongeveer 24 km² groot. 


Even later houden we halt in een sprookjesachtig bos - laat ik het eerder houden op een verzameling losstaande bomen - in Fanal, maar meer dan een fotostop kan ik het bezwaarlijk noemen. Even later is het tijd om te eten en voor de crimineel lage prijs van twaalf euro krijgen we een driegangenmenu voorgeschoteld. In de namiddag zijn er nog enkele verplichte stops bij mooie uitkijkpunten, maar hoogtepunt van de dag is toch wel zeker en vast de natuurlijke zwempoelen van Seixal en Porto Moniz. Wij gingen naar die van Seixal en daar vormen enkele rotsen natuurlijke bassins die gevoed worden door zeewater wanneer het tij hoog staat. Een zwempartij hier werkt echt enorm ontspannend. 

Daarna stopten we nog bij een souvenirshop en zien we in de verte nog enkele hogere watervallen die vlak naast de weg lopen. Opvallend is ook dat sommige routes niet meer gebruikt kunnen worden door steenval afkomstig van de kliffen. Rond half zeven stond ik weer in Funchal na ongetwijfeld de best gevulde dag van deze vakantie. 

Conclusie
Na negen dagen vertoeven op Madeira kan ik niks anders dan concluderen dat deze Portugese archipel toch wel een klein paradijs op aarde is. Het eilandje is amper een zakdoek groot, maar heeft wel ontzettend veel te bieden. De natuurpracht is wonderschoon met prachtige kliffen, bossen en bergtoppen die het decor zijn van enkele mooie PR-wandelingen. Dit geeft ook de mogelijkheid om er een meer actieve vakantie van te maken met zaken zoals duiken en canyoning en daar heb ik dankbaar gebruik van gemaakt. Madeira maakt eveneens zijn naam van bloemeneiland waar en er zijn letterlijk tientallen plaatsen waar je kan verdwalen in prachtige tuinen. Het moet wel gezegd worden dat dit afhankelijk is van het seizoen en september is niet de beste maand om te genieten van deze bloemenpracht. 


Madeira beschikt ook over een grote dosis cultuur, maar dat is voornamelijk geënt op Funchal. Zo zijn er de wijn- en bloemenfestivals en zijn er belangrijke sites zoals enkele forten of het kleurrijke oude centrum van Funchal. De hoofdstad van Madeira telt ook opvallend veel musea waaraan je een bezoekje kan brengen op een regenachtige dag. Niet dat je dat snel zal hebben op Madeira, want er heerst een micro-klimaat rond deze archipel waardoor er het hele jaar door opvallend zacht is. Een luilekkervakantie behoort uiteraard ook tot de mogelijkheden, hoewel het uitgebreidere zandstrand van Porto Santos daar zich beter toe leent. Kortom, Madeira is van alle markten thuis!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten