woensdag 31 juli 2019

Een kort zomers, Zwitsers intermezzo

Relaxvakantie
Deze zomer was ik niet van plan om op vakantie te gaan, maar een vriend vroeg om hem te vergezellen bij een korte zomerse trip naar de Bodensee. Hij beleeft namelijk een hectisch jaar op beroepsvlak en was op zoek naar wat rust. Een meertje nabij de Alpen klinkt dan leuk en hij boekte dus enkele overnachtingen bij het Zwitserse Gottlieben. De Bodensee is een behoorlijk groot meer en meet 473 km² en vormt eveneens de natuurlijke grens tussen Duitsland, Zwitserland en Oostenrijk. Gottlieben is echter gelegen aan een verbindingskanaal van vier kilometer dat de Bodensee verbindt met de kleinere Untersee (63 km²). We arriveerden in een week dat het bloedheet was en dan is een verblijfplaats in dit idyllische plekje een welgekomen geschenk! 



Dag 1 en 2

De reis was zo uitgestippeld dat we pas bij dag twee arriveerden in Gottlieben en dat we eerst halt hielden bij Ludwigsburg als tussenstop. Achteraf blijkt dat dit geen geniaal idee was, want Gottlieben was amper twee uur verder rijden en in Ludwigsburg is er eigenlijk niet gek veel te zien. Ons hotel bevond zich vlakbij het slot Monrepos dat gelegen is aan een klein meertje. We arriveerden rond drie uur bij het hotel en hoewel dit een mooi plekje is, ben je er snel op uitgekeken. De wandeling rond het meertje duurt maximaal een half uur en in de nabijheid zie je enkel een golfterrein. Het is wel bijzonder dat het golfterrein mee deel uitmaakt van het meer en zo zie je golfers balletjes slaan vlak naast het groen van het meertje. Aangezien er 's avonds niet gek veel te doen is in Ludwigsburg besloten we om het beste te maken van het schitterende weer en een terrasje te doen op de marktplaats van Ludwigsburg. Dit is een gezellige, autovrije plek die wordt gedomineerd door de kerk in barokstijl. 

Dag twee stond ook in het teken van een laag tempo aangezien we slechts vanaf twee uur konden inchecken bij het hotel in Gottlieben. Dat betekende dus op het gemak rustig ontbijten in Ludwigsburg, een aantal keer stoppen onderweg en in Gottlieben even iets eten vooraleer we incheckten bij het hotel. 's Avonds werd eindelijk de eerste bezienswaardigheid van dit zomers intermezzo bezocht: de watervallen van de Rijn. Deze watervallen zijn de grootste van Europa en zijn 23 meter hoog en 150 meter breed. Ze werden gevormd bij de laatste ijstijd en kennen een doorstroming van 1250 kubieke meter water per seconde. De beste manier om deze watervallen te aanschouwen is met een obligaat boottochtje en dat leverde enkele mooie beelden op. Hoewel dit in het niet valt in vergelijking met de watervallen van Iguazu die ik eerder dit jaar heb bezocht, blijft het toch leuk om deze parel van de natuur te aanschouwen. 


Dag 3

Omdat de Bodensee en Untersee een natuurlijke grens vormen tussen Zwitserland en Duitsland is het niet altijd evident om ergens te geraken. Op de derde dag moesten we namelijk de ferry nemen om aan Duitse zijde te geraken. Dit kostte wat tijd en moeite, maar werd dubbel en dik terugbetaald met de mooiste dag van deze korte vakantie. Rond de middag bezochten we namelijk het paalwoningmuseum in Unteruhldingen. In 4000 tot 800 voor Christus waren er in de Alpen talrijke nederzettingen met paalwoningen en dit museum bevat een reconstructie van 23 paalwoningen die hier duizenden jaren geleden waren gebouwd. Het museumbezoek begint met een Duitstalige, nietszeggende inleiding bij een videomuur maar duurt gelukkig niet te lang. 


De woningen buiten zijn de echte attracties en bieden een goed overzicht van hoe het leven er toen uitzag. Archeologen hebben een idee hoe het leven er toen uitzag, maar het blijft giswerk. De reconstructies zijn dus wetenschappelijk onderbouwd, maar daarom niet per definitie een exacte representatie van hoe het leven er toen uitzag. Helemaal accuraat of niet, de paalwoningen zijn mooi gebouwd en verschillende panelen geven tekst en uitleg bij het leven in het stenen en bronzen tijdperk in Europa. Zeker een aanrader als je geïnteresseerd bent in geschiedenis of hoe mensen vroeger leefden.  


De namiddag omvat een bezoek aan het bloemeneiland Mainau dat vlakbij gelegen is. Inclusief oversteek met de boot kost dit ongeveer twintig euro, maar je krijgt er wel een prachtig bezoek voor terug. Mainau is een klein eilandje in de Bodensee en is eigenlijk één gigantisch park met ontzettend veel bloemen en bomen, maar bestaat ook uit een slot, kinderboerderij en vlindertuin. De diversiteit aan bloemen is werkelijk enorm en op deze schitterende zomerdag werd ik overweldigd met bloemen in de meest felle kleuren. Het park is behoorlijk groot en het is gemakkelijk om cirkeltjes te lopen. Zelf heb ik bij de ingang een kaartje genomen en gebruikte ik een pen om de reeds bewandelde paden aan te duiden. Dat maakte mijn leven een stuk gemakkelijker! 


De ene bloem is kleurrijker dan de andere en je vindt een groot assortiment aan bloemen in dit park: orchideeën, rozen, narcissen, tulpen, hyacinten, azalea's en dahlia's. Door het milde klimaat van de Bodensee zie je hier ook meer exotische boomsoorten zoals palmbomen, sinaasappelbomen, citroenbomen en mandarijnbomen. In het midden van het park bevindt zich een groot aboretum waar je klassiekere, grotere bomen ziet met een omvangrijke boomstam. Deze bloemenpracht is ideaal om te onthaasten en vormde voor mij het persoonlijke hoogtepunt van de reis. 


Dag 4


Wanneer je in Zwitserland bent, kan je eigenlijk niet onderuit aan een bezoek aan een Alpentop en zo geschiedde. De bestemming voor deze dag was de Chäserrugg, één van de zeven toppen van het bergmassief van Churfisten. Churfisten is een pittoresk massief dat - zoals elke Alpenmassief - er prachtig uitziet, maar minder naambekendheid geniet bij toeristen. Onterecht, want je kan hier namelijk heerlijk hiken door prachtige routes die een magnifiek panorama bieden op diverse valleien. Aan de top word je bovendien getrakteerd op een prachtig zicht op de Walensee dat aan de voet van dit massief is gelegen. 


De Chäserrugg is 2262 meter hoog en de makkelijkste manier om boven te geraken is via een kabeltreintje dat je naar het tussenstation van Iltios brengt en vervolgens neem je daar een kabellift die je naar de top van de Chässerrug brengt. Aan de top vind je eveneens een observatiedek met restaurant, maar daar ben ik niet geweest. Ik ging namelijk onmiddellijk wandelen en de eerste wandeling was de Rosenboden-Panoramaweg die ongeveer een uurtje duurt. Deze wandeling is een lus over een plateau dat bezaaid is met prachtige Alpenbloemen en biedt eveneens een fantastisch overzicht over de weidse omgeving waar je maar liefst zes landen ziet en meer dan vijfhonderd toppen. 


De volgende wandeling was een afdaling van de top naar het station van Itlios. Deze wandeling duurde minder dan twee uur, maar het meegenomen wandelkaartje kondigde deze afdaling aan met moeilijkheidsgraad medium en dat was zeker niet gelogen. Het eerste gedeelte van de afdaling is zeker niet technisch, maar soms wel verraderlijk door de grillige ondergrond van rotsen dat bezaaid is met losse kiezelsteentjes. Gecombineerd met een steile afdalingsgraad leverde me dit twee (kleine) valpartijen op. 


Het mooiste stuk van deze wandeling is wellicht de transitie naar het grasland waar de ondergrond gestaag transformeert naar een smal bospaadje dat nog steeds getooid is met rotsen, maar wel meer verdoken en slechts sporadisch aanwezig. Naar mijn mening krijg je hier ook de mooiste vergezichten te zien met enkele valleien die je in detail kan bekijken. Tenslotte zijn er nog de alpenweiden waar ik ook nog enkele koeien ben tegengekomen. De bewegwijzering is hier dik in orde en verdient zeker en vast een aanbeveling. Het is namelijk quasi onmogelijk om hier verloren te lopen. Op het einde van de dag rijden we nog naar de Walensee om enkele pittoreske foto's te nemen voor het plakboek. 


Dag 5


Oorspronkelijk was het mijn bedoeling om op deze dag af te zakken naar Lauterbrunnen, de officieuze hoofdstad van het hiken in Zwitserland. Dat hield in dat ik eerst een auto ging huren en daar ging het plan de mist in. In deze drukke zomertijden zijn bij de meeste autoverhuurbedrijven alle wagens verhuurd en ik had verzaakt om een auto te reserveren. Een dagje Lauterbrunnen werd zo dus noodzakelijkerwijs omgeruild tot een uitblaasdagje in Reichenau. Reichenau is een eilandje dat in vogelvlucht vlakbij Gottlieben is, maar dat nam niet weg dat er naartoe varen (en terug) een stevige duit kostte: ruim twintig euro. 


Reichenau is één van de drie sites nabij de Bodensee dat is erkend als Unesco werelderfgoed. Het eilandje is namelijk gezegend met enkele kerken die meer dan duizend jaar oud zijn. Dit eiland is een stuk groter dan bijvoorbeeld Mainau en de beste manier om van Reichenau te genieten is eigenlijk per fiets. Ik besloot om het eiland te voet te verkennen en door het warme zomerweer gebeurde dit aan een gezapig tempo. 


De twee kerken die ik heb bezocht zijn de Münster St. Maria und Markus kerk in het centrum en de De Stiftskerk HH. Petrus en Paulus aan de rand van het eilandje. Er was ook een derde kerk met begeleid bezoek, maar dat liet de klok niet toe aangezien de terugweg al rond kwart voor zeven werd ingezet. De kerkjes zijn vrij doorsnee en blinken enkel uit in hun ouderdom. Bij het pendelen tussen de kerken zie ik dat Reichenau bestaat uit talrijke serres. Vroeger bevonden zich hier wijngaarden, maar momenteel worden hier vooral groenten gekweekt. Ik vroeg me wel af of de verzengende hitte van deze dag de oogst zou vernietigen. Omdat het zo heet was, heb ik ook grotendeels geluierd en daarom is deze dag helaas ook de minste van allemaal geworden. 


Conclusie
Ik zou nooit zelf op het idee gekomen zijn om op vakantie te gaan in de buurt van de Bodensee, maar deze locatie is in de zomer een ideale plek om uit te rusten en eveneens een ideale uitvalsbasis om de nabijgelegen Alpen te bezoeken. De locatie in Gottlieben is schitterend, maar helaas ook vrij duur en daarom raad ik aan om eerder een verblijf in het centrum van Konstanz te zoeken. Minder idyllisch, maar ook een stuk minder duur. 


Houd er wel rekening mee dat Zwitserland duur is, met vaak prijzen die anderhalf of zelfs twee keer zo duur zijn als in België. Bovendien zijn verplaatsingen soms onpraktisch omdat je een ferry moet nemen. Maar met een beetje opzoekwerk en wat planningstalent kan je van een vakantie aan de Bodensee een goedkope(re) en gedenkwaardige vakantie maken! 

maandag 1 juli 2019

Fotografie met smartphone: vloek of zegen?

Hoe zouden we onze levens eruit zien zonder smartphone? Hoewel het concept van een smartphone nu ruim tien jaar bestaat, domineert het gebruik ervan onze levensstijl. We gebruiken de ingebouwde GPS om de weg te zoeken, spelen een spelletje als we wachten op de trein, grasduinen op het internet als we meer informatie over iets willen opzoeken en nemen een foto als we een grappig tafereel zien. 

Een bijgeknipte foto genomen met de Samsung Galaxy S9

En het is vooral dat laatste waar producenten van smartphones zoals Apple, Samsung en Huawei zwaar op inzetten. Het is voor hen hét verkoopargument bij uitstek om een nieuw publiek aan te spreken en zo de markt van de traditionele fototoestellen te bestormen. Producenten van spiegelreflexcamera's zoals Nikon en Canon voelen de hete adem en zien gestaag, maar zeker hun inkomsten verliezen. Dreigt voor hen een Kodak-scenario met mogelijk faillissement of is een smartphone nog altijd veredeld fotospeelgoed ten opzichte van de traditionele digitale fototoestellen? 

Evolutie van de smartphone
In het begin van de jaren tweeduizend ontstaat er een nichemarkt in de verkoop van professionele GSM's. Blackberry's zijn multifunctionele GSM's die uitgerust zijn met een toetsenbord en geschikt zijn voor het bedienen van verscheidene applicaties. Deze GSM's bereiken een cultstatus in de nichemarkt van professioneel gebruik en zijn de voorlopers van de hedendaagse smartphones. Het is pas echter met de aankondiging van de iPhone door wijlen Steve Jobs in 2007 dat de smartphone definitief doorbreekt. Eerst met langzaam internetverkeer en een camerafunctie die weinig voorstelt, maar door de jaren heen zijn er spectaculaire verbeteringen te noteren. 

Een landschapsfoto genomen in Patagonië met een klassiek fototoestel (Fuji X-T2)

Een landschapsfoto genomen in Schotland met een smartphone (Samsung Galaxy S9)

Zo is een smartphone met 4G-verbinding quasi even snel als wifi en mijn Samsung Galaxy S9 is uitgerust met een camera van twaalf megapixels. Ter vergelijking: vijf tot acht jaar geleden was dit zelfs de norm voor de meeste spiegelreflexcamera's. Om maar te zeggen dat smartphones op een korte tijd een erg spectaculaire evolutie hebben ondergaan en tegenwoordig bijna alles kunnen. Alles, dus ook hoogwaardige, professionele foto's maken? Veel gebruikers denken van wel, want Nikon en Canon zien hun verkopen slinken ten voordele van smartphones die steeds betere en uitgebreidere camerafunctionaliteiten presenteren. 

Sensor
De grote handicap van moderne smartphones is de sensor. De sensor is het lichtgevoelige plaatje dat fungeert als het oog van een fototoestel of smartphone. Omdat een smartphone nu eenmaal per definitie compact is, is de sensor dat ook. De sensor bij een fototoestel is een stuk groter en laat een stuk gemakkelijker licht binnen wat het maken van foto's evidenter maakt. Fotografie is niets meer dan schrijven met licht en des te meer licht je binnenkrijgt (in de sensor), des te gemakkelijker het is om foto's te maken. Dit zien we ook bij de lenzen die op de body van een fototoestel worden gemonteerd. De lenzen bij traditionele fototoestellen zijn vrij groot met als hoogtepunt zoomlenzen die letterlijk kilometers ver kunnen zien. De lens bij een smartphone daarentegen is dat piepkleine gaatje dat vanachter op je smartphone prijkt, hoewel er ook aparte lenzen verkrijgbaar zijn voor smartphones.

De maximale zoom bij mijn Samsung Galaxy S9

De maximale zoom met een lens van 135 mm voor Fuji X-T2

Het is dan ook geen wonder dat inzoomen met een smartphone een erbarmelijk resultaat geeft. Toen ik in Mongolië wilde prezwalskipaarden fotografeerde met maximale zoom kreeg ik een wilde pixelbrij op mijn scherm voorgeschoteld. Mijn S9 beschikt namelijk enkel over digitale zoom wat betekent dat het bestaande beeld ettelijke malen wordt uitvergroot. Eén beeldpunt wordt dus acht keer vergroot en dat levert geen mooi zicht op en daar sta je dan met je twaalf megapixels. De lenzen bij traditionele fototoestellen beschikken over een optische zoom waar de lens zelf wordt bediend om in te zoomen op het beeld. Er vindt dus met andere worden geen uitvergroting plaats van het beeld waar dat bij een smartphone wel het geval is. 

Wetten van de fysica
De sensor en lens van een smartphone blijven minuscuul en de wetten van de fysica kan je niet veranderen. Daar hebben de producten van smartphones een omweg in gevonden door het gebruik van meerdere camera's en software. Meerdere camera's worden gebruikt om meerdere foto's te nemen - één voor elke camera - en ingebouwde software transformeert deze foto's om tot één foto. Elektronicagiganten zoals Apple en Samsung beschikken over miljardenbudgetten om deze software te optimaliseren wat de traditionele fotografiemerken zoals Nikon en Canon simpelweg niet hebben. De Huawei P30 beschikt bijvoorbeeld over drie camera's: één gewone, één groothoek en één voor portretten. De reclamebabbel belooft bovendien maar liefst veertig megapixels en vijf keer zoom. En zo komen smartphones wel héél dicht op het terrein van fototoestellen. 

 Een landschapsfoto genomen in Vuurland met een klassiek fototoestel (Fuji X-T2)

Een landschapsfoto genomen in Schotland met een smartphone (Samsung Galaxy S9)

Software kan uiteraard veel, maar is op dit ogenblik nog geen volwaardig surrogaat voor echte lenzen omdat de kwaliteit bij inzoomen achteruit gaat en ziet er soms kunstmatig uit. Soms zijn er ook kleine lacunes in de foto's zoals bij de overgang tussen schaduw en licht of plekjes die de software niet oppikt. Een nieuwe smartphone kan dus veel, maar is dus momenteel nog geen optie voor professioneel gebruik. Dat neemt niet weg dat fotografie met een smartphone veel merites heeft: het is kwalitatief, compact en biedt opties zoals beeldstabilisatie en snelle autofocus. Dingen die niet altijd even evident zijn bij zelfs nieuwe spiegelreflexcamera's.   

Welk doel
Het gebruik van een smartphone als fototoestel hangt vooral af voor welk doel je het wil gebruiken. Voor professionele doeleinden schiet een smartphone dus nog tekort, maar het kan wel voor een heel scala aan andere zaken worden gebruikt. Voor reisfotografie is een smartphone ideaal aangezien je het toch al op zak hebt. In de eerste plaats voor bijvoorbeeld citytrips, maar het is ook geschikt voor landschapsfotografie. Zoomen is voorlopig nog een heikel punt en daarom minder geschikt. Ook straatfotografie is gemakkelijk met een smartphone uit te voeren. Het is compact, snel en neemt kwalitatieve foto's. Ook documentairestijl is een optie waar de ingebouwde zwart-witfilters een dankbare optie zijn.   

Portretfotografie is ook mogelijk, maar in mijn ogen minder geschikt omdat je nu eenmaal veel licht nodig hebt. Om het bokeh-effect te bekomen (een scherpe voorgrond met een wazige, dromerige achtergrond) heb je een groot diafragma nodig wat een smartphone niet heeft. Dit kan softwarematig geëmuleerd worden, maar biedt nog niet hetzelfde resultaat. Hetzelfde geldt voor nachtfotografie waar het weinige aanwezige licht optimaal benut moet worden. Het is uiteraard mogelijk om dit met een smartphone te doen, maar het resultaat zal kwalitatief een pak minder zijn in vergelijking met een traditioneel fototoestel. 

 Een foto genomen in een erg donkere tunnel met Fuji X-T2 en erg hoge ISO (lichtgevoeligheid)

Een foto genomen aan Loch Lomond (Schotland) op een sombere dag met Samsung Galaxy S9

Voor mij is dit echter geen of-verhaal, maar eerder een en-verhaal. Ik gebruik zowel een traditioneel fototoestel als mijn smartphone om foto's te nemen. Enkele van mijn beste foto's heb ik genomen op mijn S9 omdat ik snel moest zijn. Op deze gelegenheden ben ik dankbaar dat ik de S9 op zak heb en met twee toetsen op de knop de smartphone kan bedienen om een foto te nemen. Voor de mooie momenten haal ik echter mijn fototoestel boven om bijvoorbeeld prachtige landschapsfoto's te nemen met erg veel detail. Misschien doe ik dat binnen tien jaar met een smartphone, maar voorlopig zweer ik nog bij een traditioneel fototoestel.

Disclaimer: de getoonde foto's zijn afkomstig van mijn persoonlijke Facebookpagina waar deze foto's gecomprimeerd zijn om te besparen op bestandsgrootte. Daarom zijn deze foto's niet representatief voor het verschil in kwaliteit tussen foto's genomen op een smartphone en klassiek fototoestel, maar geeft het wel een idee.