zaterdag 2 november 2024

Reisverslag Australië deel vijf: in de Outback

Maandag 14 oktober
Met de bus trek ik steeds verder de Outback in en vandaag gaat het in een negen uur durende busrit naar Yulara. De rit is het langst van alle ritten in de Outback: maar liefst negen uur! De tijd vliegt echter voorbij omdat ik volop aan het babbelen ben met de supergezellige Kirstine. De dag blinkt andermaal uit dankzij het rode woestijnlandschap dat gecontrasteerd wordt met het groen van het spinifexgras, acacia's en de langzaam groeiende desert oaks. Veel reden is er niet om te stoppen onderweg, behalve om iets te eten of om te genieten van een koffiepauze. De stops die we doen, vinden dus steeds plaats bij een roadhouse, want toeristische trekpleisters zijn er niet. Nou, misschien dan ééntje. We gaan namelijk over van het Southern Territory naar het Northern Territory en bij het bord houden we even  halte voor een fotostop. Ondanks de lange busrit komen we omstreeks vier uur 's namiddags aan in Yulara. Dat is toe te schrijven aan het feit dat het Northern Territory geen winteruur kent. In Yulara slaan we nog een voedselvoorraad in bij de supermarkt. Het plaatsje zelf is in 1976 in het leven geroepen om de horde toeristen op te vangen zodat Uluru niet wordt overlopen door toeristen. 

De lange dag wordt op een briljante dag afgerond, want ik mag samen met vijf andere reisgenoten een vlucht maken in een helikopter over Uluru en Kata Tjuta. Uluru is het symbool van Australië en is één van 's werelds grootste monolieten, zeg maar één van de grootste vrijstaande rotsen ter wereld. Kata Tjuta is echter voor de meesten een nobele onbekende, maar eigenlijk is dit nog indrukwekkender dan Uluru. Kata Tjuta - vroeger ook wel bekend als The Olgas - betekent vele hoofden in de lokale Anangutaal (gesproken door een Aboriginalstam) en verwijst naar de 36 grote rotspunten die hier liggen. De kleuren van deze rotsformatie variëren van rood tot okergeel door de oxidatie van metaal in de rotsen. Zeker bij zonsondergang is dit een indrukwekkend zicht. We cirkelen twee keer rond Kata Tjuta en op dergelijke momenten ben ik blij dat ik nog steeds over een kinderlijke onbevangenheid beschik die kan genieten van dit soort magische momenten. Een kleine traan van blijdschap verlaat mijn oog omdat ik overrompeld word door zoveel pracht. 

Daarna zet de helikopter koers richting Uluru. Deze rots is 348 meter hoog en heeft een omtrek van 9,4 kilometer waardoor het dus zoals eerder gezegd één van de grootste monolieten ter wereld is. Het dankt zijn iconische status onder andere omdat het zo plots opduikt in een lege woestijn, maar heeft daarnaast ook een heilige betekenis voor de Aboriginals. Ook hier kennen de rotsen een gevarieerde kleurschakering dankzij oxiderende metalen, maar is dat eerder beperkt tot tinten van rood en oranje. Met de ondergaande zon wordt het steeds moeilijker om de verscheidene kleuren te onderscheiden en de formatie is net een tikkeltje minder indrukwekkend dan de grootsheid van Kata Tjuta. Maar het blijft een fenomenaal zicht die zijn weerga niet kent. Ongeveer driehonderd euro heeft de helikoptervlucht gekost, maar het levert misschien wel het mooiste moment van de reis op en dat is ook iets waard!      

Dinsdag 15 oktober
In de woestijn kan het snel erg warm worden en daarom vertrekken we al om vijf uur 's ochtends naar Uluru. Niet alleen om aan de verzengende woestijnhitte in het midden op de dag te ontsnappen, maar vooral om de van de magische zonsopkomst nabij Uluru te genieten. Door het zachte zonlicht heb ik misschien wel mijn mooiste foto's van de gehele reis genomen en dat met Uluru als thema. Meer moet dat niet zijn! Op deze ochtend weet ik trouwens niet waar eerst kijken: de mooie zonsopkomst aan de ene kant of het zachte zonlicht dat Uluru knuffelt aan de andere kant. Bij het begin ben ik nog verwonderd waarom er zo weinig toeristen zijn hier, maar daarna weet ik hoe de Romeinen zich hebben gevoeld bij de inval van de Hunnen. Zoveel toeristen komen er af, dat is echt niet normaal. 

Daarna is het tijd voor een bezoekje aan Uluru zelf. Dat doen we met de immer sympathieke gids Matt. Hij vertelt op een geanimeerde manier, is grappig, weet erg veel, kent leuke anekdotes, maar vooral: hij houdt nooit op met praten. Ik vergelijk het met een actiefilm waarbij de actie nooit ophoudt. Als kijker hou je dat niet vol en hier heb ik datzelfde gevoel. Dat is jammer, want op sommige momenten is stilte soms mooier dan een weetje. Bij de Malawandeling passeren we immers de erg mooie Kantju Gorge waarbij vooral de steile, verticale wanden me imponeren. Babbelkous Matt blijft lustig doorpraten, maar na zijn uitleg blijf ik alleen in de kloof om van de stilte te genieten. Dit is toch zoveel mooier! Dat klinkt trouwens ondankbaarder dan bedoeld, want Matt weet me wel te boeien met zijn vele verhalen over de Droomtijd, het Aboriginalequivalent van het christelijk scheppingsverhaal. In grotten en nissen zijn allerlei rotsschilderingen te vinden die taferelen afbeelden met een morele betekenis. Dit is onder andere bedoeld om levenslessen te geven aan de kinderen. 

Een tweede wandeling, de Kuniya Walk, leidt ons naar één van de weinig permanente waterpoelen in deze omgeving. Ook hier weet Matt op een geanimeerde manier te vertellen over de geschiedenis van de Aboriginals. De omgeving van Uluru is trouwens ook een goeie plek om wildlife te spotten, want onderweg zien we een heleboel vogels en soms ook een verdwaalde leguaan, slang of zelfs varaan. Daarna gaat het naar het bezoekerscentrum van Uluru waar een kleine tentoonstelling van originele Aboriginalkunst is gevestigd, maar ik heb net geen vijfduizend euro op zak om een schilderij aan te schaffen. Gelukkig heb ik wel genoeg geld bij voor een koffie die trouwens ook aardig duur is. Rond elf uur vertrekken we om naar een uitkijkpunt van Kata Tjuta te gaan waar we een dertigtal minuten blijven. Na mijn helikoptervlucht valt dit uitzicht toch lichtjes tegen, zeker omdat die zo ver weg liggen van het uitkijkpunt. Op het programma staat ook een wandeling door de Walpa Gorge maar dat feestje gaat niet door. Met 39 graden in de vlakke zon lopen, is namelijk niet zo'n geweldig idee. 

In de namiddag rijden we richting King's Canyon waar de groep wordt opgedeeld in twee kampen. Ik blijf in het meer spartaanse basecamp van Kings Creek Station, terwijl de rest van de groep in luxueuzere tenten mogen slapen. Mijn tent mag dan wat spaarzamer zijn uitgerust, het beschikt gelukkig nog wel over een airco en omdat ik alleen slaap, heb ik nog net voldoende ruimte in deze kleine tent. Voor de sanitaire behoeften moet ik wel naar een gedeeld sanitair blok, maar dat is een goede training voor later in Kakadu. Als compensatie krijg ik 175 euro teruggestort en krijgt de gehele groep een gratis avondmaal. Daar kan ik dus nog wel mee leven voor één nacht!     

Woensdag 16 oktober
Andermaal is het vroeg opstaan, want ook nu vertrekt de bus rond de klok van vijf uur 's ochtends. Eerst pikken we de rest van de groep op die vier kilometer verder zitten om vervolgens naar King's Canyon te rijden om daar de Rim Walk te doen en wat is deze wandeling weer een pareltje geworden. De klim naar de kloof boven vergt een (kleine) inspanning en dat schrikt een aantal reisgenoten helaas af. Dat is jammer, want ze missen misschien wel het mooiste gedeelte van deze reis. Het is nog donker wanneer we de wandeling aanvatten, hoewel de schemering langzaam plaatsmaakt voor een opkomende zon. Bij deze stijging neem ik met de regelmaat van de klok foto's en dat wordt naarmate de wandeling verder gaat alleen maar erger. Met name het zachte licht van de zon zorgt voor waarlijk prachtige uitzichten. De oranje rotsen lichten dankzij de rode ochtendzon nu wat roder op en dit is toch wel een uniek beeld! Een blijheid die me zelden omarmt maakt zich meester van mij bij het zien van zoveel schoonheid. 

Het is moeilijk om te beschrijven wat deze wandeling zo fantastisch maakt, maar het is gewoon het totaalplaatje dat volledig klopt. De vegetatie met palmbomen en andere planten, vogels die zich verschuilen in het groen, de onnavolgbare contouren van de rotsen, het prachtige ochtendrood, scenische vergezichten: alles klopt gewoon! 's Ochtends is de temperatuur nog aangenaam en is de wandeldrift nog groot om enkele afwijkende uitstapjes te doen zoals naar een uitkijkpunt dat een weids uitzicht biedt over de kloof en vallei. Voor een woestijnomgeving is het hier verrassend groen en de vegetatie wordt onderweg alleen maar mooier en culmineert in de Garden of Eden, een groene long in deze kloof. Een brug kijkt uit over de vele vegetatie en dit voelt inderdaad aan als een aards paradijs. Ik besluit om een uitstap naar deze oase te maken, terwijl de rest van de groep verder wandelt. Kers op de taart in deze tuin is een wel erg fraaie waterpoel dat diep verscholen zit in de kloof en omgeven is door groen. Minder spectaculair dan het zicht bij de brug, maar nog steeds van een oogverblindende schoonheid. 

Dan begint mijn inhaaltocht om terug aan te sluiten bij de rest van de groep en de tweede helft van de wandeling is toch wat kaler dan het beginstuk. Dit wordt gecompenseerd door mooie uitzichten waar de rotsen de meest bizarre vormen beginnen aan te nemen. Zo doen een aantal rotsen denken aan een honinggraat en wat verder aan bijenkorven. De vergezichten blijven net zoals bij het begin sowieso imponeren. Na ruim een half uur heb ik de groep terug bijgehaald en beginnen we samen aan de afdaling. De wandeling is nog niet gedaan en ik heb al voor mezelf uitgemaakt dat dit toch wel één van de mooiste wandelingen is die ik ooit heb gemaakt. Na de wandeling is het tijd voor de laatste busrit in de Outback. Gedurende vijf uur gaat het naar Alice Springs. Buschauffeur Wayne krijgt zelfs een krop in de keel en begint bijna tranen te laten bij het afscheid van de groep. De immer joviale Wayne komt amper of niet in dit gedeelte van Australië en heeft zelf ook de toerist uitgehangen in de Outback. De groep heeft hem ook opgevangen als één van hen en dat zorgt voor waterlanders bij de buschauffeur. Ook wij zullen hem missen!

Rond vijf uur komen we aan in Alice Springs, een stad die zich ongeveer in het geografisch centrum van Australië bevindt. Deze stad werd gesticht in 1872 bij de aanleg van de transaustralische telegraaflijn, maar is nu in verval. De stad geldt als de gevaarlijkste stad van Australië en criminaliteit is er helaas geen rariteit. Omdat ik de gewoonte heb om 's avonds alleen op pad te gaan, doe ik dat voor één keer niet en blijf ik in het motel. Heerlijk relaxen in het zwembad kan uiteindelijk ook leuk zijn! 

Donderdag 17 oktober
Na de twee slopende ochtenden van gisteren en eergisteren krijgen we nu een royale uitslaaptijd toebedeeld. Vandaag vertrekken we namelijk via het luchtruim naar Darwin en de vlucht is gepland om twee uur 's namiddags. Dat geeft ons tijd om in de ochtend Alice Springs te verkennen en dat doe ik dus uit veiligheidsoverwegingen in groep. Frederic, de andere Belg in de Nederlandse groep, heeft een gids van het Capitool bij waarbij een wandeling door Alice Springs wordt voorgesteld. Voor het zover is, gaan we eerst nog kort ontbijten bij een koffietentje. Daarna is het tijd om Alice Springs te verkennen, maar het is allemaal wat gewoontjes. Het allereerste hospitaal en gerechtsgebouw van de streek bekijken we vanaf de straatkant en bij een rooms-katholieke kerk stappen we even naar binnen om aan de moordende zon te ontsnappen. Binnen is het echter al even warm als buiten. 

We stoppen ook bij het museum van de Flying Doctors, in Nederland wereldberoemd omwille van de gelijknamige televisieserie die eind jaren tachtig en begin jaren negentig werd uitgezonden. Deze vliegende artsen verlenen medische hulp over een uitgestrekt gebied met behulp van vliegtuigjes, vandaar de naam. Het museum zelf vraagt 22 Australische dollar inkom wat toch net wat te veel is om daar een twintigtal minuten rondlopen. We moeten immers nog op tijd naar het hotel om onze vlucht niet te missen. Bij de terugtocht naar het hotel valt op hoeveel werkloze Aboriginals hier rondhangen. Ze doen nu geen vlieg kwaad, maar ik heb er toch een onbehaaglijk gevoel bij. Anderzijds mag ook wel eens de vraag gesteld worden waarom deze Aboriginals in de eerste plaats werkloos zijn en dan komt er wellicht een niet zo mooi verhaal van kansarmoede en racisme naar boven... 

De vlucht naar Darwin verloopt op uitzondering van een paar turbulentiemomentjes zonder problemen en in de Noord-Australische stad valt meteen de warmte op. Hoewel het hier kouder is dan in Alice Springs voelt het toch warmer aan door de hoge luchtvochtigheid. Driver/guide Sean presenteert zichzelf en maakt een klein rondje door Darwin om alle strategische punten aan te duiden. 's Avonds maak ik traditiegetrouw een avondwandeling en die brengt me naar het gezellige Waterfront Precinct. Vervolgens houd ik even halte bij de zee waar ik bij de ondergaande zon leuke silhouetfoto's kan nemen. Daarna trek ik via een groene long met allerlei parkjes terug naar het hotel om zo kennis te maken met deze tropische stad.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten