Door privéomstandigheden heb ik in 2026 amper gereisd, terwijl ik de afgelopen jaren regelmatig op de zeven continenten te vinden was. Dan is het vinden van een reis die deze micro-kosmos benadert niet eenvoudig, maar deze reis van reisorganisatie Djoser kruist wel erg veel vinkjes af. Dystopie, chaos, dramatiek en contrasten gaan hand in hand op deze trip die me langs grootsteden brengt, maar ook langs de overweldigende bergen van de Himalaya en zelfs in de tropen in Nepal en India.

Zaterdag 13 september

Bij de korte vlucht naar München ontmoet ik nog geen andere reizigers, maar bij het overstappen maakt iedereen al kennis met elkaar. De vlucht naar Beijing duurt ongeveer tien uur, voeg daar nog vijf uur tijdsverschil aan toe en dat betekent dat we net voor de middagklok in Beijing arriveren. De Chinezen houden er een rigoureuze boekhouding op na en dat betekent dat je vingerafdrukken worden genomen en dat loopt niet bij iedereen even vlot. Als alles achter de rug is, mogen we eindelijk inchecken in het hotel. Maar niet zonder mijn paspoort af te geven. Welkom in China!
Zondag 14 september
Na de vlucht vliegen we er opnieuw in, want het programma kent weinig rust deze dag. Als ik rond half twee bij het hotel ben, krijg ik een korte pauze om mijn portefeuille te verblijden met onlangs gedevalueerde Chinese yuans waardoor China eigenlijk een relatief goedkoop reisland is geworden. Op deze reis krijgen we in China en Tibet een lokale gids mee en dat is in Beijing de bijzonder vinnige Tina. Deze pittige dame racet naar de metro om kaartjes te halen en haar favoriete Engelstalige uitdrukking is Hurry! Hurry! Maar met een groep van twintig westerse toeristen die de mierennest van Beijing niet gewoon zijn, is dat ook gewoon nodig.

Beijing bestaat uit zeven interne ringen: dit zijn concentrische snelwegen die rondom de Chinese hoofdstad liggen. Ons hotel ligt tussen de vierde en vijfde ringweg en dat betekent dat we een tijdje onderweg zijn met de metro als we terugkeren naar het hotel. Hier wacht het avondeten: Peking Duck dat wordt aangevuld met enkele zijgerechten die staan op een draaiblad zodat iedereen aan tafel naar hartenlust zijn eigen menu kan samenstellen. Ik had toch een beetje schrik voor het Chinese eten, maar uiteindelijk is dit het lekkerste eten van de gehele reis geworden! Het wordt echter laat en na een vermoeiende vlucht kijk ik toch uit om in het Chinese dons van mijn bed te duiken.
Maandag 15 september


In de namiddag wacht er die andere usual suspect op me, het Zomerpaleis. In het Chinees heet deze plaats Tuin van verzorgde harmonie en dit predicaat doet meer eer aan deze toch wel bijzondere plek. De site wordt gedomineerd door het grote Kunmingmeer waar de fraaie brug met zeventien bogen een graag gezien fotografiespektakel is. De echte sterren voor mij zijn echter de tempels, paleizen en pagodes die je overal terugvindt. Dit doet me onmiddellijk terug mijmeren naar de Verboden Stad die een gelijkaardige architectuur heeft.

Na inspanning komt ontspanning en een Chinese acrobatenshow is de spreekwoordelijke kers op de taart van deze goed gevulde dag. Het spektakel begint trouwens al voor de show, want het lijkt erop dat een groep Chinezen ruzie heeft met een andere groep. Ik weet niet wat er geroepen wordt en dat is misschien maar goed ook...

Dinsdag 16 september
De tweede volledige dag in de Chinese hoofdstad begint met een valse noot. Ondergetekende heeft namelijk begrepen dat we vertrekken om negen uur, maar het is toch echt half negen. Tina klopt op mijn kamerdeur dat het een lieve lust is terwijl ik een krantenartikel lees over Israël dat Gazastad is binnengevallen. In zeven haasten vertrek ik alsnog waar de medereizigers opvallend vergevingsgezind zijn bij deze daad van onoplettendheid.



Woensdag 17 september
Beijing kan druk zijn, heel druk. Dat merk ik wanneer we rond acht uur 's ochtends in vol piekuur de metro nemen. Vijf tot zes keer moet ik een metro laten voorbijgaan omdat die veel te vol zit. Bij de zevende keer lukt het wel en kan ik met de rest van de groep mee die al drie metroritten eerder bij de bestemming zijn beland. Gelukkig rijdt er elke minuut een metro waardoor het tijdsverschil in praktijk amper een paar minuten bedraagt. Uiteindelijk beland ik bij de hutongs van Beijing. Dit zijn de oude stadswijken rondom de Verboden Stad waar nauwe straatjes een netwerk vormen waar notabelen en gewone burgers in harmonie met elkaar leven.
Dit was echter een doorn in het oog van het Chinese bestuur. Ter voorbereiding van de Olympische Spelen in 2008 wilde China zich profileren als modern en moesten de verpauperde hutongs verdwijnen. Deze straatjes moesten plaatsmaken voor bredere lanen met grote gebouwen, maar door het toerisme is de afname van deze steegjes voorlopig (?) gestuit. Met een riskja maak ik een verplicht nummer door deze volksbuurt die niet zo volks meer blijkt te zijn. Dure Maybachs sieren met regelmaat het beeld van deze buurt. Bij een bezoek aan een lokaal gezin blijkt al snel waarom: een vierkante meter kost hier dertig duizend yuan of meer. Met andere woorden: enkel de burgers die hier generaties lang een huis hebben, kunnen hier nog blijven wonen.
Via een fraaie buurt kom ik terecht bij de Drum Tower. Deze torens werden in keizerlijk China gebruikt om de tijd aan te geven en vind je terug in meerdere grote steden zoals Xi'an waar ik deze nacht naartoe reis. De steile trap naar de bovenste verdieping vergt respect, want die vraagt toch wat moeite om bedwongen te worden. Bovenaan wacht er een mooi beeld over Beijing en wordt het ook duidelijk dat alle belangrijke historische gebouwen op een loodrechte noord-zuidas liggen waaronder dus ook de Drum Tower. Om elf uur ontvouwt er zich een spectaculair schouwspel waar enkele muzikanten ritmisch en met gevoel voor dramatiek op de grote drums kloppen. Er is eveneens een klein museum aanwezig met wat informatie over diverse tijdsinstrumenten waar ook elementen zoals water en zand worden gebruikt.
Gids Tina wil ook nog het park in Houhai bezoeken, maar reisleider Jeroen stelt zijn veto. We moeten om vijf uur 's namiddags immers de nachttrein naar Xi'an halen en hij wil geen risico's nemen. Het bezoek aan Beijing zit er dus met andere woorden op en op drie dagen heb ik toch een heleboel dingen gezien. Wat me echter nog meer bijblijft dan de prachtige historische sites en gebouwen is de dystopie van Beijing waar elke straat is voorzien met een veelvoud aan camera's en AI om alle burgers braaf in het gareel te houden. Dat werkt goed, want Beijing is een erg leefbare stad waar amper criminaliteit heerst. De vraag is echter hoeveel individuele vrijheid je daar wil voor opgeven. Een interessant ethisch vraagstuk voor een filosofienamiddag!
Dat de voorbije dagen vermoeiend zijn geweest, merk ik onmiddellijk wanneer ik me in de nachttrein bevind. Samen met drie andere reisgenoten zitten we in dezelfde coupé. Wanneer het donker is, gaan de oogjes toe en achteraf blijkt dat ik erg goed heb geslapen. Mijn Garmin Fenix smartwatch zegt dat ik een slaapscore van 88 heb behaald. Mijn hoogste slaapscore ooit en dat op een nachttrein waarvan ik dacht dat ik geen oog dicht zou doen. China is meer dan op één manier dystopisch!
Donderdag 18 september
Gelukkig ben ik goed uitgeslapen, want ook de eerste dag in Xi'an kent - hoe kan het ook anders - een programma dat bol staat van de activiteiten. Tina is ingeruild voor gids Bruce wiens bulderlach ons gedurende twee dagen gezelschap houdt. In het poepchique hotel vlakbij het station kunnen we ons even opfrissen om daarna naar de eerste tourist trap van de stad te gaan. Er is namelijk een les kaligrafie waar we leren over de zes basistekens in het Chinees, een taal die pictografisch is van aard. We schrijven enkele woorden en nadat onze kennis is bijgespijkerd, is het tijd voor de echte reden van onze komst: toeristen geld afhandig maken. Voor mij betekent dit een exercitie in geduld totdat ik net niet gillend wegren van deze toeristenval.
De sereniteit van de prachtige plaatselijke moskee weet me echter te kalmeren. Deze moskee is bijzonder omdat het de traditionele, historische Chinese architectuur combineert met de islamitische religie. Zo is de minaret eigenlijk een pagode en zijn de bijgebouwtjes kleine tempels. In tegenstelling tot wat ik dacht zijn de plaatselijke moslims Chinezen die eeuwen geleden tot de islam zijn bekeerd en bijvoorbeeld geen Arabieren. Xi'an was namelijk vroeger het eindpunt van de zijderoute waar handelaren de invloed van de islam meebrachten. In de moslimwijk is er ook een uitgebreide bazaar, maar hier snellen we door om op tijd te zijn voor ons (late) middagmaal. Dumplings met eend en kip verzorgen de inwendige mens en het bevestigt andermaal mijn liefde voor de Chinese keuken. Ondertussen passeerden we ook de Drum Tower van Xi'an, maar die bekijken we enkel vanaf de buitenzijde.
De dag wordt afgerond met een mooie dansshow over de Tang Dynasty die van de zevende tot en met de tiende eeuw heerste over wat toen China was met Xi'an als hoofdstad. De show pakt uit met mooie kostuums, imposante decors, mooie choreografie en een live orkest. De show geeft de bezoeker de kans om de geschiedenis van de Tang-dynastie te leren zonder enige voorkennis aan de hand van een kleurrijke en muzikale samenvatting. Misschien nog ontzagwekkender dan de show is het aantal dansers en acteurs, want volgens mij zijn er dit bijna veertig wat echt wel heel erg veel is voor zo'n show. Deze dag in Xi'an is wat minder actief dan de dagen in Beijing en voor mijn beenspieren is dat alvast goed nieuws. Die verdienen namelijk ook wat rust.
Vrijdag 19 september
Hoe mooi Xi'an ook is de echte reden om deze historische stad te bezoeken, is toch wel het naburige Terracottaleger dat in 1974 door enkele boeren werd ontdekt. Dit is één van de meest spectaculaire archeologische ontdekkingen van de laatste eeuwen. De duizenden kleisoldaten zijn elk ongeveer twee meter groot en zijn allemaal uniek. Elke soldaat bevat een plethora aan details waardoor ze stuk voor stuk een echt kunstwerk zijn. Door de Chinezen wordt dit het achtste nieuwe wereldwonder genoemd en ik denk dat ze gelijk hebben. Dat vinden de lokale Chinezen ook, want dit complex ontvangt jaarlijks zo'n elf miljoen bezoekers. Het lijkt erop dat die vandaag allemaal tegelijk naar dit kleileger zijn afgezakt, want jeetje mina wat is het druk op de site. Een oceaan aan mensen begroet me wanneer ik pit één binnenwandel. Dit is namelijk de populairste plek om het leger te zien aangezien het Terracottaleger hier in vooraanzicht kan bewonderd worden inclusief de legeraanvoerder.
Een tienvoudige rij maakt het schier onmogelijk om hier door te dringen, maar gelukkig beschik ik over een camera met een goede zoomlens waar ik vanaf de zijkanten mee kan fotograferen. Maar ook hier is het druk, druk, druk. Chinezen zijn best brutaal wanneer ze in een rij staan en schuwen het betere elleboogwerk niet wanneer ze iemand kunnen voorbijsteken. Na een weekje in China heb ik deze edele kunst overgenomen waardoor ik me als een meester in het vak een weg kan banen door deze mensenmassa. Zodoende kan ik de beelden in pit één meer in detail bestuderen.
Deze hal bevat de meeste soldaten die intact zijn en dat wil je als bezoeker toch echt niet missen. Pits twee en drie spreken minder tot de verbeelding en moeten het vooral hebben van hun opstelling. Pit twee bevat soldaten in een cavalerie, boogschutters en officieren terwijl pit drie het kleinst is en enkel hoge officieren tentoonstelt. Er is ook een relatief nieuw museum dat vitrinekasten bevat met daarin enkele beelden zodat je deze figuren uit terracotta van dichtbij kan bewonderen. Er is ook een tijdlijn die meer informatie bevat over de geschiedenis van keizer Qin Shi Huang die China als eerste verenigde. Toch zijn er zoveel mensen dat het onbegonnen werk is om alles te lezen. Men moet toch echt eens overwegen om met een gelimiteerd aantal bezoekers te werken voor het Terracottaleger, want dit bezoek wordt helaas toch overschaduwd door het (te) grote aantal bezoekers.
's Middags wacht de tweede tourist trap op evenveel dagen op me wanneer ik word uitgenodigd voor een theeceremonie. Eigenlijk wil ik gewoon naar Xi'an, maar het middagmaal vindt plaats nabij het Terracottaleger. Of ik enkele veel te dure theezakjes wil kopen? Mijn gelaatsuitdrukking zegt in alle talen inclusief het Chinees nee. Wat het hoogtepunt van mijn trip door China moest worden, krijgt zo wel een zure nasmaak. Dit had veel beter gekund! In de avond staat er nog een excursie gepland bij de Wilde Ganspagode en een lichtshow, maar ik krijg zo'n grote degout van de twee tourist traps dat ik deze excursie aan mij laat voorbijgaan.
De namiddag is vrij en ik besluit om te wandelen over de stadsmuren van Xi'an. Er zijn ook enkele krakkemikkige fietsjes beschikbaar, maar ik kan wel een goede wandeling gebruiken. Om inspiratie op te doen, moet ik het alvast niet doen, want op één kilometer heb ik zowat alles gezien: wachttorens, hoekforten een grote toegangspoort en een barbakan ter verdediging. De overige dertien kilometer is dus meer van hetzelfde, maar dat hoeft geen probleem te zijn. De skyline van Xi'an levert bij momenten mooie beelden op en ook de ondergaande zon doet dat in overvloed. En een beetje beweging kan geen kwaad aangezien er morgen en overmorgen een lange treinrit overleefd moet worden.
Zaterdag 20 september en zondag 21 september
Eén van de meest indrukwekkende treinritten die je kan maken is het traject met de Hemeltrein tussen Xi'an en Lhasa. Deze treinrit kan enkel met superlatieven toebedicht worden en brengt je als reiziger in 31 uur naar de Tibetaanse hoogvlakte. Dit is de hoogste treinroute ter wereld en gaat zelfs over een pas van meer dan vijfduizend meter hoog. Hoewel ik niet onmiddellijk uitkijk naar deze treinrit, verheug ik me stiekem toch wel op het spectaculaire landschap. De dag begint echter alles behalve super wanneer ik verneem dat medereizigster Marie-José in allerijl is afgevoerd naar een ziekenhuis in Xi'an. Ze voelde zich niet goed en werd plots half blind aan de ogen. In eerste instantie vermoedt men glaucoom omdat ze ook last heeft van een hoge bloeddruk. De show must go on voor de overige reizigers, maar dit voelt voor iedereen wel erg ongemakkelijk aan.
Op de trein word ik in een soft sleeper - een coupé met vier bedden - ingedeeld met drie andere Chinezen. In het Chinees krijg ik de vragen "Waar ga je naartoe" en "Van waar kom je". Ziehier mijn volledige conversatie met mijn Chinese coupégenoten gedurende 31 uur. Ik dood de tijd door te lezen in mijn e-reader waar ik uitgebreid over Tibet lees. Af en toe kijk ik ook eens naar buiten, maar het echt spectaculaire landschap onttrekt zich pas 's avonds aan mijn ogen. Wat ik wel zie: honderden leegstaande torenflats in de miljoenenstad Lhanzou, een overblijfsel van de Chinese vastgoedbubbel die in recente jaren is gebarsten. In Xining moeten we overstappen naar een andere trein die uitgerust is met drukcabines zodat er extra zuurstof in de coupés wordt gepompt wanneer de trein zich op grote hoogte begeeft. Wanneer het spectaculaire berglandschap zich aankondigt, is het dus al donker en moet ik dus nog een dagje wachten om dit met mijn eigen ogen te bewonderen.
Het slapen verloopt wat minder vlot dan bij de nachtrit naar Xi'an, maar het is gelukkig niet zo erg zoals bij de Trans-Siberië Express waar ik 's nachts geen oog dichtdeed. De volgende ochtend word ik wakker in het desolate maanlandschap van Tibet waar de levensvisie van yaks erin bestaat om het weinige groen toch nog te verorberen. Het landschap doet me denken aan de Peruviaanse en Boliviaanse Altiplano waar een leeg aandoende omgeving plots wordt opgefleurd door een prachtig blauw meer. En warempel, ook op deze treinroute is dat het geval. Een mooi helderblauw meer houdt me gedurende een tiental minuten gezelschap om daarna achter de horizon te verdwijnen. In de restauratiewagen eet ik een karig ontbijt en verder houd ik me opnieuw bezig met mijn twee favoriete treinactiviteiten: lezen op mijn e-reader en uit het raam kijken. Om drie uur in de namiddag komen we eindelijk in Lhasa aan en dat vind ik zo wel goed. De treinrit is me beter bevallen dan ik had verwacht, maar het had echt geen uur langer moeten duren.